Boekstuksjablonen aanmaken/bewerken - Boekstukregels aanmaken

De laatste stap van de wizard voor boekstuksjablonen is het definiëren van de structuur van de boekstukken.

Het venster is gelijk aan het inboekvenster. Hier kunt u de invoerwaarden die u in de vorige stap hebt gedefinieerd toevoegen voor elke boekstukregel. U kunt tevens vaste waarden zoals grootboekrekening invoeren.

U kunt het venster in de eenvoudige of geavanceerde modus openen. De geavanceerde modus bevat extra functionaliteiten voor meer gecompliceerde sjablonen, zoals formules.

Tip! U kunt beginnen met de meer overzichtelijke eenvoudige modus en op een later moment wijzigen naar de geavanceerde modus indien u extra functionaliteiten nodig hebt.

Indien u in de stap met de algemene instellingen Periodieke boekingen hebt geselecteerd, moet u een apart boekstuk aanmaken voor de periodieke transactie. Onderaan het venster ziet u daarom een boekstuk welke u ook moet invullen.

Zo maakt u een boekstukregel aan:

  1. Selecteer of u in de Eenvoudige of de Geavanceerde modus wilt werken.

    Eenvoudige modus: stelt u in staat om de basisinstellingen te definiëren voor een eenvoudig sjabloon (zoals een bankbetaling).
    Geavanceerde modus: stelt u in staat om elke parameter van de boekstukregel te definiëren, formules formules aan te maken en een absolute waarde aan te geven voor de transactiedata of -periodes. Selecteer de optie Verberg kolommen zonder parameter om alleen kolommen weer te geven waarvoor in de vorige stap een parameter is gedefinieerd.
  2. Definieer de boekstuktitel zoals Boekstuktype, Transactiedatum en Periode.
    Tip! U kunt het resultaat van de waarden die u hier invoert controleren in de Voorbeeldweergave van de vorige stap.
  3. Klik op de knop Nieuw om een boekstukregel toe te voegen.

    Tip! Indien u niet zeker weet welke invoerwaarden vereist zijn voor het boekstuk kunt u eerst de boekstukregels aanmaken en dan op Vorige klikken om de invoerwaarden die u nodig hebt invoeren.
  4. Definieer de waarden met behulp van de afrollijsten. Dit kan met behulp van de parameternaam tussen punthaken uit de vorige stap, een waarde uit de lijst (bijvoorbeeld het boekstuktype) of een relatieve waarde in ronde haken, zoals (volg grootboekrekening) in de kolom btw.
  5. Herhaal het proces tot alle boekstukregels zijn aangemaakt.
  6. Indien u Periodieke boekingen hebt geselecteerd in de algemene instellingen moet u extra informatie invoeren. Meer informatie vindt u in Boekstuksjablonen aanmaken/bewerken - Periodieke boekingen.
  7. Klik op Voltooien om de sjabloon op te slaan.

De sjabloon kan nu bij het inboeken gebruikt worden.

Veldbeschrijvingen voor de regels in boekstuksjablonen:

Ieder veld in een boekstukregel kan een vast waarde (die altijd hetzelfde is bij het gebruik van de betreffende boekstuksjabloon) of een variabele waarde uit het invoervenster bevatten. De variabele waarden worden in het veld ingelezen doordat u tussen haakjes een waardeomschrijving aangeeft, zoals: <Waardeomschrijving>.

Klik op de zoekknop in de kolom Formule om de formule in een nieuw venster in te voeren. Positieve of negatieve bedragen bepalen of het bedrag debet of credit geboekt wordt. Positieve bedragen worden debet geboekt en de negatieve bedragen credit. Meer informatie over formules in boekstuksjablonen vindt u in Formules in boekstuksjablonen.

Stappen in de wizard: